17 oktober 2020

Of ik even een stukje wil schrijven over mijn herinneringen aan de terugreis vanuit Oekraïne. Tja en waar begin je dan…. Eerst maar eens even wat foto’s bekeken. En dan begint het gelijk te kriebelen. Zoveel herinneringen komen boven. Help, waar begin ik, chronologisch bij het eerste jaar of gewoon bij een vertrek vanaf het vrouwenhuis?

Ik begin maar gewoon te schrijven en ik zie wel hoe het loopt.

De terugreis: Het is heel raar, je stapt in de auto of bus en dan rijd je weg. Het afscheid is geweest en dan ga je terug naar huis. Je kijkt in Oekraïne nog om je heen: zal ik hier volgend jaar weer komen of is dit een afscheid voor altijd? Stiekem pink ik een traantje weg. Aan de ene kant wil ik graag naar huis, aan de andere kant wil ik nog niet los laten wat zo ontzettend gaaf is. Een stukje van mijn hart blijft achter in dat zigeunerkamp in Barkaszo.

Het eerste jaar behoorde ik tot de groep die een deel van de reis met het vliegtuig reisde. Dit had tot gevolg dat we toen met een kleine groep in het vrouwenhuis achterbleven om de volgende ochtend vroeg op gehaald te worden door mensen uit het dorp. Zij brachten ons naar het vliegveld in Debrecen. Erg spannend was dit omdat je bij mensen in de auto komt die je niet kent en niet kunt verstaan en ook niet weet of je op tijd door de douane komt om het vliegtuig te halen. Onze auto werd bij de grens aan een grondig onderzoek onderworpen: aan alle kanten beklopt en met spiegels bekeken, we moesten ook op een brug zodat de auto zelfs aan de onderkant bekeken kon worden. De koffers moesten uit de auto en werden helemaal doorzocht. Gelukkig vonden ze niets bijzonders. Dat wisten wij natuurlijk al lang, maar ja, ze wilden ons natuurlijk niet op onze blauwe ogen geloven. Gelukkig waren we allemaal op tijd voor het vliegtuig. Bij aankomst op het vliegveld van Eindhoven werden we opgewacht door familieleden en samen gingen we eten bij de MacDonalds. Daar deelden we onze herinneringen en spraken we ook over wat er in Nederland was gebeurd in de achterliggende week. Groot was onze verbazing dat we hoorden dat er in Nederland een discussie gaande was over Zwarte Piet( het was 2013). Wij konden hier niet bij: wij kwamen net uit  een dorp waar kinderen waren die zelfs geen kleding aan hadden, waar de armoede zo enorm was en dan maken we ons in Nederland druk over zoiets…..

Andere herinneringen komen boven: aan het jaar waarin we ook met een groepje met het vliegtuig terug vlogen, dit keer vanaf Boedapest. Op het vliegveld moesten we 8 uur wachten( van 10 uur ‘s avonds tot 6 uur ‘s morgens). Dat jaar was 1 van de reisgenoten erg ziek, we wisten dat je geweigerd kon worden om in het vliegtuig te stappen als je koorts had, maar de reis met de auto was geen alternatief. De uren wachten waren heftig, we probeerden wat te slapen, maar ondertussen maakte ik mij zorgen om die reisgenoot die lag te rillen van de koorts. Door een uur voordat we door de douane moesten flink wat paracetamol geven lukte het om in het vliegtuig te komen. Terug in Nederland werd hij gelijk in het ziekenhuis opgenomen…

In de afgelopen 7 jaar reisden de meeste mensen van de groep met de busjes terug. Het is voor alle groepsleden een vertrouwd gezicht om 3 of 4 busjes achter elkaar te zien rijden.  Eerst slingerend om de kuilen en gaten van de Oekraïense wegen, dan lang wachten voor de douane en vervolgens even de benen strekken bij het eerste tankstation in Hongarije, tot iedereen er is. 

Na deze tank/rook/plas/koffiestop rijden we het donker in op de Hongaarse snelwegen. We kunnen eindelijk kilometers maken. Langzamerhand wordt het stil op de achterbanken. Alleen de chauffeur en de bijrijder MOETEN wakker blijven. De eerste 300 kilometer gaan mooi snel, maar dan krijgen we wel zin in wat eten. We gaan op zoek naar een eetgelegenheid. Het moet voor het personeel van de MacDonalds in Hongarije zo ongeveer als een overval voelen als je om 11 uur ‘s avonds met 30 hongerige Nederlanders voor de balie staat om eten te bestellen, ik denk dat ze er jaren later nog over praten 😊

En dan rijden we de nacht weer in van Hongarije (Boedapest), via Slowakije naar Tsjechië (Praag). Uren verstrijken en eindelijk zien we het aan de horizon langzaam wat lichter worden. Ik ben blij dat de nacht achter ons ligt. Inmiddels bereiken we Duitsland, bij een wegrestaurant gaan we ontbijten; eindelijk even een langere stop, de benen strekken een kop koffie. Er zijn jaren geweest dat we hier ‘s morgens al om 7 uur een jarige gingen toezingen.

Met het ochtendgloren komt ook het besef: we gaan naar huis! Thuis is nu dichterbij dan Oekraïne. Laten we dan nu ook maar snel verder reizen. Nog zo’n 700 km te gaan.  Het zijn bekende plaatsnamen geworden: Dresden, Leipzig, Maagdenburg, Hannover, nog 300 km, we zijn  er bijna….

Inmiddels heb ik app-contact met thuis. Bij wijze van verrassing wil een groep motorrijders ons het laatste stuk onder motorescorte naar Assen begeleiden. “Waar rijden jullie langs, niets verklappen, maar we wachten jullie wel ergens op”. En ja hoor, opeens worden we achterop gereden door een groep zwaaiende motorrijders, op de eerstvolgende parkeerplaats stoppen we en worden we enthousiast begroet door deze mensen. De motorescorte maakte volgens mij veel indruk op de reisgenoten: wij zijn niet alleen op reis, in gedachten reizen veel mensen met ons mee en leven ook met ons mee. Fijn om te merken!

En dan is het tijd voor de laatste kilometers….Assen komt in zicht, Assen-West staat op de borden.Het laatste stoplicht van de Europaweg, in de verte zien we de kerk, wat staan er veel mensen te wachten, wat fijn om zo thuis te komen!

Deze week zit erop, het is tijd om afscheid te nemen, tijd voor een heerlijke douche en straks lekker slapen in mijn eigen bed. De verhalen zullen nog lange tijd komen, foto’s  en herinneringen zullen blijven gedeeld worden. Ik ben God dankbaar voor alles wat er in de afgelopen 7 jaren in Oekraïne is gedaan. Dankbaar voor het kinderwerk, voor het bouwen van school, badhuis enz, voor de contacten in Oekraïne en ook in de Assen. Dankbaar dat ik hier ook een klein stukje aan mocht bijdragen. Dankbaar om te  ontdekken dat er ook in Oekraïne mensen zijn die klaar staan voor anderen en die zorgen voor eten voor de kinderen op de school. Dankbaar ook voor het werk van de werkgroep in Assen die elk jaar weer veel regelt en bedenkt en nu al weer bezig is voor het maken van plannen voor volgend jaar. Ik wens jullie Gods zegen toe op jullie werk! We kijken uit naar de reis van 2021.